Algemene wet erkenning EG-beroepskwalificaties
Artikel 26 Beroepstitel en titel behorend bij opleiding
1
De dienstverrichter voert de beroepstitel waartoe hij in de betrokken staat van vestiging is gerechtigd. Deze titel wordt vermeld in de officiële taal of één van de officiële talen van de betrokken staat van vestiging.
2
Indien de titel, bedoeld in het eerste lid, niet bestaat, voert de dienstverrichter de titel die behoort bij zijn opleiding in de officiële taal of één van de officiële talen van de betrokken staat van vestiging.
3
De dienstverrichter voert de Nederlandse beroepstitel:
a
in geval van een gereglementeerd beroep waarvoor een automatische erkenning geldt als bedoeld in titel III, hoofdstuk III, van de richtlijn;
b
in de gevallen waarin de beroepskwalificaties overeenkomstig artikel 27 zijn geverifieerd.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.